Politiereorganisatie vervolg transponeringstabel

Politie

Medio vorig jaar schreef ik een blog over de Politiereorganisatie (klik hier voor die blog). Toen kon er bezwaar en beroep gemaakt worden tegen de indeling volgens het Landelijk Functiehuis Nationale Politie (LNFP).

Voorafgaand aan de reorganisatie van de Nationale Politie, loopt de plaatsing van medewerkers in het nieuwe functiehuis. Langzamerhand komt er meer tekening in de voortgang van de plaatsing in dit functiehuis, het LFNP. De bepaling van de functie van een medewerker kan van cruciaal belang zijn voor de plaatsing en positie van medewerkers bij de reorganisatie.

Veel medewerkers hebben een zienswijze ingediend, bezwaar gemaakt en vervolgens beroep aangetekend tegen het indelingsbesluit op basis van het LFNP.  De meeste medewerkers hebben dat gedaan met behulp van één van de vakbonden voor de politie (ACP, NPB, VMHP en ANPV).

Rechterlijke uitspraken

Door uitspraken van diverse rechtbanken komt er nu ook op juridische terrein wat licht in zicht.  In mijn blog van februari 2015 schreef ik (klik hier voor die blog) over een uitspraak van de rechtbank Zeeland – West Brabant (BRE 14-4387 AW). Belangrijkste element daarvan was, dat de Politieorganisatie het niet toepassen van de hardheidsclausule in een individueel geval moet motiveren.

Onlangs deed de rechtbank Limburg een belangrijke nieuwe uitspraak over de invoering van het LFNP. In een uitspraak van 11 maart 2015 geeft de rechtbank het volgende aan.

De bij de indeling voor het LFNP gehanteerde transponeringstabel kan niet worden gekwalificeerd als een algemeen verbindend voorschrift. Hiervoor ontbreekt het aan het daarvoor noodzakelijke algemene, abstracte karakter. Hoewel de rechtbank begrijpt dat met het opstellen van de transponeringstabel gepoogd is te abstraheren van de persoon van de ambtenaar, is dit streven in de uiteindelijke transponeringstabel onvoldoende tot uiting gekomen. De rechtbank meent dat in zaken als de onderhavige, getoetst moet worden of de korpschef zich in het individuele geval in redelijkheid heeft kunnen laten binden door de van toepassing zijnde transponeringsregel. Dit zal in beginsel slechts niet het geval zijn als er sprake is van een kennelijk en evident onjuiste en daardoor onhoudbare match.

De gevallen van een kennelijk onhoudbare match die overblijven, zullen die situaties zijn waarbij de korpschef de match eigenlijk had moeten voordragen voor hermatching én niet valt in te zien waarom dat niet is gebeurd.

Het grote wachten is op een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. Naar verwachting zal de CRvB op 16 april 2015 een zitting met meerdere zaken houden. Af te wachten is wat dit gaat opleveren en hoe snel daarna er een uitspraak zal komen.

Vragen

Wil je meer weten? Heb je zelf hiermee te maken en wil je weten wat het voor jou betekent? Wil je reageren op dit stuk, dan wel op het LFNP proces dan wel op de reorganisatie, laat het hieronder weten.

Verbaast het je net als mij, dat er weinig of niets in de publiciteit komt over het LFNP en de reorganisatie bij de Politie, dan is dit de kans om wat meer daarover te zeggen. Laat het weten via het onderstaande formulier en/of deel het bericht.